Afbeelding

Politici aan het woord

Algemeen

Elly de Vries en Bas Otting, D66

Help, de democratie verzuipt!

De storm is gaan liggen. Het is prachtig lenteweer en op de Wiericke dobbert een bootje. Op de kade staat Willem, genietend van het briesje langs zijn benen onder de korte broek. Hij is tevreden want hij mag als eerste aan boord van het bootje. De zon glanst op zijn gezicht. Na zich comfortabel te hebben geinstalleerd aan het roer steekt hij van wal en vaart rustig maar vastberaden de stroom in.

Even verderop staat op de kade enthousiast een man te zwaaien. Jan heeft blossen op de wangen van de zon en heeft duidelijk zin om mee te varen. Willem legt aan en met een sprongetje komt Jan aan boord. Met een klein zetje met zijn heup maakt hij plaats naast Willem bij roer. Het zacht ronken van het motorblok wordt hoorbaar. De Democratie, want zo heet de boot, is op weg.

Gezellig keuvelend en plannen makend wordt de stroom verder bevaren. Moeilijke en makkelijke onderwerpen worden besproken. Soms knikt Willem instemmend en soms zijn de gezichten wat somberder. Even verderop staat een lange man in het hoge gras langs de waterkant. Willem en Jan kijken elkaar even instemmend aan en leggen aan. 'Kom er bij Robert!' zegt Willem amicaal. Robert klautert behendig aan boord, kijkt even en vindt een mooi plaatsje naast de mast. Hij heeft zijn eigen zeil meegenomen en maakt dit vast. Hij gaat lekker zitten en maakt zich op voor de vaart.

Nog meer vaart met wind en motor. De boot lijkt niet te stoppen. De vaart gaat heerlijk. Opeens staat Jan enthousiast op en wijst. In de verte ziet hij zijn twee oude vrienden, Jan-Leendert en Kees. Willem en Robert kennen hen ook wel, maar dat boterde niet echt. Wel aardige jongens hoor, maar een Èchte klik was er nooit. 'Kom, we varen door, de vaart zit er net in', zegt Robert. Willem geeft een nauwelijks zichtbaar knikje. Als hij merkt dat de boot geen vaart mindert bij het naderen van zijn twee vrienden kijkt Jan geschrokken opzij naar Willem. Zijn gezicht betrekt als hij ziet dat het stuur nog altijd strak rechtdoor staat. Nukkig zegt Jan: 'Ik wil wel dat je ze oppikt, Willem, dat zijn mijn vrienden daar.' Als Willem geen gehoor lijkt te geven, schiet hij uit zijn slof. 'Zet mij dan maar af, als je niet wilt luisteren.' Willem schrikt van de uitbarsting en gaat overstag. Ongemerkt neemt hij daarmee de wind uit het zeil van Robert, die beteuterd toekijkt. Zo groot is de boot niet, mijmert Robert. Zijn er wel genoeg stoelen? Jan-Leendert en Kees klimmen stram, maar vastberaden aan boord. Ze hebben een anker bij zich, dat ze naast Willem en Jan op het bankje leggen. Willem kijkt wat ongemakkelijk, maar Jan vindt het wel wat, zo'n anker, dat geeft houvast. Het valt op dat er een plekje te weinig lijkt te zijn. Kees geeft Robert een duw en gaat knus bij hem op het bankje zitten. Jan grijnst breed. Allebei zijn oude vrienden mogen mee.

Zo gaat het zwaar beladen bootje verder. Waarheen, dat weten ze nog niet precies. Robert schuift wat ongemakkelijk heen en weer op zijn krappe stoeltje en Willem kijkt wat ongemakkelijk naar het anker, dat net in de weg ligt om het roer goed te kunnen draaien.

Het is best toeven, aan boord van de Democratie, al is de naam op de zijkant door het gewicht van al deze mannen en een flink anker inmiddels onder de waterlijn verdwenen.

Ondertussen staat op de kade een klein groepje mensen. Drie vrouwen en twee mannen. Zij kijken naar hoe de boot weg vaart. Ze roepen nog maar komen niet boven het geluid van het motorblok uit. De boot vaart zijn eigen koers en daar is niks meer aan te doen.

Elly de Vries en Bas Otting namens D66 Bodegraven-Reeuwijk

Dit schrijven is natuurlijk fictie. Elke overeenkomst met personen levend en/of in de politiek is louter toeval.

Advertentie

Categorieën