Kroniek van de Week van 14 april 1945. Beeld: archief
Kroniek van de Week van 14 april 1945. Beeld: archief

Nieuwsvoorziening ging ondergronds

Algemeen Verhalen uit het archief

In dit verhaal zien wij hoe het de voorganger van een weekblad als Kijk op Bodegraven-Reeuwijk verging tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Mijn vader C.G. Karssen (1903-1972) was als redacteur zowel bij de officiële als de illegale krant sterk betrokken. Zijn verzet werd beschreven in ‘Heemtijdinghe’ in december 2005 door Hester van Eerden: ‘In zijn krant kon Karssen, na mei 1940, natuurlijk geen kwaad over de Duitsers schrijven, maar hij was ook niet van plan om de Duitsers naar de mond te praten. Hij bezat de gave om overzichten van het buitenlandse nieuws, dat op Duitse gegevens berustte, zo te schrijven dat er tussen de regels door van alles over de geallieerden te lezen was. Ook werd de NSB vaak openlijk bekritiseerd, tot grote ergernis van de NSB-kringleider. Toen het Departement voor Volksvoorlichting werd opgericht, werd de redacteur dan ook twee maal op het matje geroepen en gewaarschuwd dat hij moest stoppen met zijn manier van schrijven. Uiteindelijk werd “Het Bodegravensch Nieuws en Advertentieblad” verboden. Karssen zelf werd negen maanden opgesloten als gijzelaar. Terwijl de legale pers zo verdween, kwam er steeds meer behoefte aan illegaal nieuws.’

De illegale Kroniek

In 1944 werd de behoefte aan eerlijke berichtgeving van de oorlogsfronten steeds groter, vooral omdat het illegaal luisteren naar de Engelse zender steeds gevaarlijker werd. Na het verbod van ‘Het Bodegraafs Nieuws en Advertentieblad’ moest men het doen met een gestencild illegaal blaadje: ‘De Kroniek van de week’, een illegaal krantje uit Leiden. Op een gegeven moment ging J. Oppe het krantje zelf stencilen met de gegevens uit Leiden. Na Dolle Dinsdag waren de verbindingen echter zo slecht geworden, dat C.G. Karssen het blaadje zelf ging schrijven. 

Via een kristalontvanger die op het platte dak lag, werd ‘s avonds en ’s nachts naar het nieuws geluisterd. Deze berichten werden aangevuld met het nieuws dat J. Oppe met een zelf gebouwde ontvanger had verzameld en op stencil gezet. De eerste ‘drukkerij’ van het gestencilde krantje was achter een pand in de Kerkstraat op de zolder van een pakhuisje van Joh. Hoogendoorn, waar J. Oppe en M. Scheer twee maal per week de stencilmachine ronddraaiden. Later verhuisde men naar de zolder van het pakhuisje achter de winkel van Scheer (nu Raaphorst). 

Op deze manier werden er onder leiding van Eddy van Leeuwen per week honderden exemplaren over het dorp verspreid. Veel gevaarlijker werd het toen er op 27 november 1944 een inval werd gedaan in het pand van Scheer. Scheer zelf wist door koelbloedig optreden op het nippertje te ontkomen en belangrijke papieren in de gloeiende kachel te gooien, maar zijn moeder en broer werden gevangen genomen. Scheer dook onder in Nieuwerbrug en zou later onderduiken bij boer Rijlaarsdam aan de Weijpoort. Voordat hij daar arriveerde, werd ook hier door de SD’ers een inval gedaan. Zowel vader als zoon J. Rijlaarsdam werden gearresteerd en zeer zwaar mishandeld in de hoop dat zij zouden vertellen waar de drukkerij van de Kroniek was.

Ondanks al deze overvallen gingen Scheer, Oppe en Karssen vastbesloten door, nu op de stalzolder van G. van der Linden in Nieuwerbrug.

Groei naar 2000 krantjes

Op zolder boven de boerderij van Van der Linden werd, als de trap opgetrokken was, onder hoogspanning gewerkt om via het stencilapparaat 1500 tot 2000 krantjes te draaien. ‘s Avonds werd dit felbegeerde blaadje door koeriers en koeriersters bij Bodegravers en in de omgeving door de brievenbus gegooid. Kees van Leeuwen durfde het aan om dagelijks met een kleine duizend van deze gevaarlijke producten van Nieuwerbrug naar Bodegraven te fietsen. Ook Flip Jongeneel, Nel Bruijnen en bakker Verlaat waren hoofdverspreiders. Net als hun collega’s in Barwoutswaarder, Waarder, Rietveld en Woerden riskeerden ze steeds weer hun leven. In Zwammerdam en Nieuwkoop waren dat Map Spreij en Stoppelenburg.

Op 29 april 1945 wordt Karssen toch nog thuis opgepakt en naar de Goudse gevangenis gebracht. Daar wordt hij vlak voor de bevrijding door het verzet bevrijd, voordat hij de kogel zou krijgen.

Advertentie

Categorieën