
Heel even
Column DorpsgedichtIk kon je opvangen
zachtjes
landend in mijn hand
de eerste sneeuwvlok
dwarrelend
als een vallend sterretje
straal je
nog voor je smelt
Een kleed van dons
krakend
onder mijn voetstap
naar de toekomst
De winter valt, het kind
een hond glijdt
Door gulle hand valt zout
krakend
Prikkende handen
Prikt de slee?
De noordoosten wind huilt
Terwijl het sneeuwklokje luidt
Zacht sneeuwt het
onhoorbaar
Bodegraven wit
romantische plaatjes
ansichtkaartig mooi
net voor de zacht invallende
onvermijdelijke dooi
De laatste sneeuwvlok valt
snel nat
in mijn hand
Slechts heel even was het mooi