Het samengaan van natuur en recreatie is een belangrijk onderwerp in de visie.
Het samengaan van natuur en recreatie is een belangrijk onderwerp in de visie. Foto: Bert Verver

Stichting VEEN wil met toekomstvisie kwaliteit plassengebied behouden en verbeteren

Politiek

REEUWIJK - Medio februari overhandigde voorzitter van Stichting VEEN Peter Blanken de toekomstvisie voor de Reeuwijkse Plassen onder de naam ‘Reeuwijkse Plassen: uniek verleden, evenwichtige toekomst’ aan wethouder Odd Wagner. Het visiedocument beschrijft de waarden, bedreigingen en kansen voor het plassengebied op hoofdlijnen en geeft de aanzet voor een verdere uitwerking.

Over de doelstelling van de visie spraken we met Cor von Meijenfeldt, een van de opstellers van het stuk. Over de verdere uitwerking sprak kwartiermaker Jan Kastje.

Projectgroep
Cor is bestuurslid van VEEN namens de Samenwerkende Watersport en Recreatiebedrijven. Hij is een van de schrijvers van de visie. Hij vertelt dat er de laatste jaren veel is gedaan aan het opknappen van oevers en eilanden in het gebied. “Stichting VEEN heeft via een stimuleringsregeling particulieren ondersteund om natuurvriendelijke oevers te herstellen of opnieuw aan te leggen. Dat werd betaalt uit de kosten van vaarvergunningen. Ook de overheden hebben flink geïnvesteerd. Het gaat daarbij niet alleen om de gemeente, maar ook om de provincie, GroenAlliantie en niet te vergeten het Hoogheemraadschap Rijnland, dat vele miljoenen investeerde in de aanleg van natuurvriendelijke oevers ter verbetering van de waterkwaliteit. Via de gebiedsdeal Gouwe-Wiericke werden de door VEEN beheerde gelden ingezet uit de zogenaamde ‘zandwinpot’, natuurcompensatiegelden voor de zandwinning uit de surfplas. De provincie verdubbelde die inzet, waardoor mooie projecten konden worden gerealiseerd zoals de Kerfwetering en het herstel van de dagrecreatiehaven aan de Twaalfmorgen.”

Veel belangen
Cor wijst erop dat het mooi is om herstelprojecten uit te voeren, maar dat er ook geld nodig is voor het onderhoud. De wens om dat professioneel aan te gaan pakken werd steeds luider, evenals de noodzaak om het financieel beter te regelen. De bodem van de kas is namelijk in zicht. Bovendien leeft er binnen de deelnemende organisaties de wens om de problemen in het plassengebied meer integraal aan te pakken. Cor: “Gelukkig was de Reeuwijkse Adessium Foundation bereid geld beschikbaar te stellen voor het opstellen van een visie. Eerst is daarvoor een extern bureau ingehuurd, maar dat voldeed niet aan de wensen. Het werd te veel een ecologisch verhaal. Vanuit een eigen projectgroep is de draad toen opgepakt. De problemen zijn benoemd, beschreven en voorzien van oplossingsrichtingen. Het is een constructief proces geweest, dat we gelukkig ook in coronatijd hebben kunnen voortzetten.”

Vijf hoofdthema’s
Kort samengevat richt de strategie voor de periode tot 2030 zich op een plassengebied met waardevolle natuur, schoon water en verantwoorde recreatie in een dichtbevolkt en welvarend gebied. De uitwerking van de visie is gericht op vijf thema’s: natuur, waterkwaliteit, recreatie, klimaat en wonen en werken.

Volgens Jan Kastje, die als ‘kwartiermaker’ uitvoering moet geven aan het vervolgtraject, is het de vraag of het gebied de druk van én meer wonen én meer recreatie aankan. Hij heeft tijdens zijn oriëntatieronde gemerkt dat er spanningen zijn tussen die verschillende functies. In de uitwerking van de gebiedsvisie is het van belang hier aandacht aan te besteden.

Cor onderkent de spanningen, maar hij heeft goede hoop dat de aanwezige zonering in het gebied een belangrijke rol kan spelen bij het behoud van zowel natuur als recreatiemogelijkheden. De natuurwaarden sluiten goed aan bij de Natura2000-gebieden ten oosten van de plassen, terwijl de drukste recreatieplassen in het westen liggen tegen de bebouwing van Reeuwijk en Gouda. Beide heren onderkennen overigens dat de druk op het gebied door wandelaars en fietsers aanzienlijk is toegenomen door de voltooiing van Landal en door corona.

Samenwerking
Voor VEEN is het erg belangrijk dat de inwoners en belanghebbenden in het gebied nadrukkelijk betrokken worden bij de uitwerking van de visie. Na de officiële overhandiging van de visie is dan ook een webinar gehouden waar circa 110 mensen aan deelnamen. Tijdens dit webinar werd aan de hand van de geschetste thema’s op een goede, inhoudelijke manier gediscussieerd, nadat jongeren en bestuursleden in een filmpje ieder een persoonlijke visie op het gebied hadden gegeven. Veel van de deelnemers herkenden de geschetste problemen en verklaarden zich ook bereid om de schouders eronder te zetten om tot oplossingen te komen. Van belang is dat velen van mening zijn dat er een vergaande samenwerking moet komen tussen de verschillende belangengroepen.

Die ‘samenwerking’ is ook voor kwartiermaker Jan Kastje het uitgangspunt. Jan: ”De benoemde problemen hebben een verdere vertaling nodig en iedereen moet daarbij aan kunnen haken. Het is de bedoeling dat per thema een werkgroep wordt gevormd met een sterke vertegenwoordiging uit het gebied. Zij buigen zich over de verdieping van de thema’s. Rond de zomer moet dat uitmonden in een uitwerkingsplan. Alle aandachtspunten, zowel aan de probleemkant als de oplossingskant, worden op die wijze in kaart gebracht.”

Jan heeft al veel instanties en personen gesproken en merkt een grote bereidheid om zich voor het gebied in te zetten. “Maar ik concludeer ook dat het een kunst zal zijn om alles samen te brengen. De werkgroep ‘beheer en onderhoud’ kan daar een belangrijke rol in vervullen, omdat dat door alle thema’s heen loopt. Buiten de thema’s om moet ook in kaart worden gebracht welke financiële middelen nodig en beschikbaar zijn.”

De Stichting VEEN zal de uitkomsten van het verdere proces met inwoners en belanghebbenden delen. De wijze waarop dat gebeurt is mede afhankelijk van de coronamaatregelen. Mochten mensen suggesties hebben die het proces een stap verder kunnen brengen, dan zijn die van harte welkom via voorzitter@stichtingveen.nl.

Tekst en archiefbeeld: Bert Verver

Advertentie

Categorieën